groenvreter
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: groenvreter (hulp, bestand)
Woordafbreking
- groen·vre·ter
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van groen en vreter [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | groenvreter | groenvreters |
verkleinwoord | groenvretertje | groenvretertjes |
Zelfstandig naamwoord
de groenvreter m
- (schertsend) (pejoratief) vegetariër
- dat konijnenvoer is wat voor groenvreters!
Gangbaarheid
- Het woord 'groenvreter' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.