groenrug

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  groenrug    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• groen·rug

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  groen  en  rug zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	groenrug	groenruggen
verkleinwoord	groenruggetje	groenruggetjes

Zelfstandig naamwoord

de groenrug m

1. dier met een groene rug

Afgeleide begrippen

   

groenrugastrild groenrugbekarde groenrugbergnimf groenrugbrilvogel groenrugbuulbuul groenrugdwergspecht groenrugeremomela groenrugfluiter groenruggors groenrughoningvogel groenrugspecht groenrugtangare groenrugtodietiran groenrugtrogon groenrugvliegenvanger groenrugzwiepfluiter kleine groenrugspecht

Gangbaarheid

• Het woord 'groenrug' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.