Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • groen·af·val
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord groenafval
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het groenafvalo

  1. plantaardig afval; afval afkomstig van plantaardig materiaal
     Hierbij is het wel van belang waar de biomassa vandaan komt, zegt biochemicus Leonard Bosgraaf van Hanzehogeschool Groningen, die niet betrokken was bij het onderzoek. ‘Als de biomassa van tropisch regenwoud komt, schieten we er nog niks mee op. Lokaal groenafval is daarentegen een prima optie, al is het wel beperkt hoeveel vet je daarvan kunt maken.’[1]
     De verslaggever keert terug naar de stad Namie, op zo'n 20 kilometer afstand van de centrale, waar ze vijf jaar geleden ook was. "We rijden langs tientallen verlaten rijstvelden. Ze liggen vol zwarte zakken, gevuld met licht-radioactieve aarde en groenafval."[2]
     Er is nog wel een hobbel te nemen, want de gemeente heeft nog niemand gevonden die langs de deuren wil gaan om het groenafval op te halen.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Maike Abbink
    “Vet uit het lab is een duurzaam alternatief voor dierlijk of plantaardig vet” (6 december 2023), NewScientist
  2.   Weblink bron “'Namie is nog steeds een spookstad'” (Vrijdag 11 maart 2016, 17:07), NOS
  3.   Weblink bron “Gemeente Rotterdam zoekt schillenboer” (Woensdag 17 februari 2016, 12:47), NOS