Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • grens·in·ci·dent
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord grensincident grensincidenten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het grensincidento

  1. opschudding veroorzakend voorval aan de grens tussen twee landen
     Weer grensincident Syrië-Turkije[2]
     Een woordvoerder van de Turkse premier Erdogan zei eerder dat Turkije niet uit is op oorlog. De VN-Veiligheidsraad komt later vandaag bijeen om te praten over het grensincident.[3]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Weer grensincident Syrië-Turkije” (Zaterdag 6 oktober 2012, 08:20), NOS
  3.   Weblink bron “Ankara krijgt mandaat voor ingrijpen” (Donderdag 4 oktober 2012, 15:29), NOS