Nederlands

 
[2] graft
Uitspraak
Woordafbreking
  • graft
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord graft graften
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de graftv / m

  1. gracht
  2. knik of mini-terras op het helling

Gangbaarheid

40 % van de Nederlanders;
31 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be