gezonken
- ge·zon·ken
- vervoeging van zinken: de stam met omvoegsel ge- -en en een klinkerwisseling i-o (IPAː /ɪ/ - /ɔ/)
gezonken
- ongecontroleerd onder het oppervlak van een vloeistof verdwenen
- Het duurde uren voor de Titanic helemaal was gezonken.
- Het woord gezonken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.