gezondheidsvakantie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·zond·heids·va·kan·tie
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gezondheid zn en vakantie zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gezondheidsvakantie | gezondheidsvakanties |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de gezondheidsvakantie v
- (medisch) een vakantie die dient om gezond te blijven of te worden
- ▸ Het geld zal worden gebruikt om kinderen in het door de ramp in de kerncentrale van Tsjernobyl getroffen gebied in Wit-Rusland een verblijf in Rijssen-Holten aan te bieden. Nog dagelijks komen de inwoners van dorpen in Wit-Rusland in aanraking met hoge doses radioactiviteit als gevolg van de ramp in 1986. Door kinderen specifiek in de leeftijd van negen jaar enkele weken gezonde voeding en goede lucht te bieden verbetert hun gezondheid en weerstand sterk. „Om kinderen uit Wit-Rusland hier acht weken een gezondheidsvakantie - waarin ze overigens wel gewoon naar school gaan - aan te kunnen bieden is elke keer zo’n 15.000 euro nodig”, aldus Johan Lohuis van de stichting.[1]
Gangbaarheid
- Het woord gezondheidsvakantie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Ronald Vrugteman“Wandelen voor Tsjernobylkinderen tussen Rijssen en Holten” (19-12-2018), Tubantia