gezoden
- ge·zo·den
- vervoeging van zieden: de stam met omvoegsel ge- -en en een klinkerwisseling ie-oo (IPAː /iː/ - /oː/)
vervoeging van: | zieden… |
geen verbogen vorm |
gezoden
- voltooid deelwoord van zieden
- Het woord gezoden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gezoden" herkend door:
24 % | van de Nederlanders; |
31 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be