geruststellende
- ge·rust·stel·len·de
geruststellende
- verbogen vorm van de stellende trap van geruststellend
vervoeging van: | geruststellen |
geruststellende
- verbogen vorm van geruststellend, het onvoltooid deelwoord van geruststellen
- ▸ ‘Storm? Vannacht? Nee, maak je geen zorgen.’ Na deze geruststellende woorden trokken we ons ieder terug in onze eigen tent. Doordat de wind steeds harder begon te waaien, stak ik om de paar minuten mijn hoofd uit mijn tent om te zien of de wolken groter werden of juist niet.[1]
- Het woord geruststellende staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers