• ge·ne·ra·tie·ge·noot
enkelvoud meervoud
naamwoord generatiegenoot generatiegenoten
verkleinwoord generatiegenootje generatiegenootjes

de generatiegenootm

  1. iemand die tot dezelfde generatie behoort
    • Ze zong een fraaie versie van het door haar zelf geschreven Watercoulors in the Rain. Niet meer galmend zoals vroeger, maar ingetogen en sober en op die manier ook ontroerend. Natuurlijk: ik had 10 juli al genoteerd voor een bezoek aan Weert, waar Roxette tussen generatiegenoten als Santana, Nena en Seal zou optreden. [1] 
  1. Tubantia Stefan Raatgever 10-01-17 Roxette stopt: 'Ik koester vooral de herinneringen'