Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: gêne


  • ge·ne
  • In de betekenis van ‘aanwijzend voornaamwoord’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1237 [1]

gene [2]

  1. die in de verte
    • een droombeeld, heet vermaald..
      onder het lekken van de Lof....
      Verdwijnt als stof...
      naar gene Verten...[3]
       
  2. aan de andere kant
    • En ik, Daniël, zag en zie, daar stonden twee anderen, de een aan deze oever van de rivier, en de ander aan gene oever der rivier.[4] 
  • aan gene zijde.
aan de overkant. (vaak overdrachtelijk: na de dood)
  • deze en gene
een aantal verschillende mensen
•  Ik genoot ervan om af en toe een praatje te maken met deze of gene die ik tegenkwam maar ik genoot vooral van de stilte. [5] 
90 % van de Nederlanders;
75 % van de Vlamingen.[6]


gene

  1. vocatief enkelvoud van gen