gedragsverandering
- ge·drags·ver·an·de·ring
- samenstelling van gedrag zn en verandering zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gedragsverandering | gedragsveranderingen |
verkleinwoord |
de gedragsverandering v
- het anders worden van de manier waarop men (gewoonlijk) handelt
- ▸ Het onderzoek is drie weken geleden gehouden. Op het moment van ondervraging was er net een piek geweest in het aantal besmettingen. "De gedragsverandering die we zien lijkt dus gepaard te gaan met een sterke daling van de verspreiding van het virus."[1]
- ▸ Het leiden van de debatten maar ook het corrigeren van parlementariërs kan nog een pittige klus worden voor de nieuwe voorzitter omdat veel mensen vinden dat het Lagerhuis toe is aan een gedragsverandering, legt Van Kleef uit. "Het Lagerhuis is enorm gepolariseerd en dat merk je in het taalgebruik en de omgangsvormen. Veel parlementariërs vinden dat ze niet meer het goede voorbeeld geven. Aan de nieuwe speaker dus de taak het wat beschaafder en gematigder te maken."[2]
- Het woord gedragsverandering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron NOS Nieuws“RIVM over ons gedrag: meer mensen laten zich testen en vermijden drukte” (Maandag 30 november 2020, 10:31), NOS
- ↑ Weblink bron NOS Nieuws“Wie wordt de opvolger van speaker John Bercow? 'Het moet wat beschaafder worden'” (Maandag 4 november 2019, 04:45), NOS