Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·dis·cus·si·eer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gediscussieer
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het gediscussieero

  1. het aanhoudend voeren van een twistgesprek
     Op de achtergrond krabbelt Beckerbauer overeind, het Italiaanse en Duitse gediscussieer gaat langs hem heen. Zijn gezicht heeft een pijnlijke grimas. Hij grijpt naar zijn rechterschouder en voelt dat het mis is.[1]


Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Plaatje 1970: Franz Beckenbauer” (Maandag 30 juni 2014, 15:13), NOS