Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gan·ne·fen
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de gannefenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord gannef
    • Over kennis van het Rotwelsch beschikte Brecht bijna niet, om de eenvoudige reden dat de Duitse gannefen dit in zijn tijd nog nèt wisten te verdedigen. [1]
Synoniemen

Verwijzingen