functieniveau

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  functieniveau    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• func·tie·ni·veau

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  functie zn  en  niveau zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	functieniveau	functieniveaus
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het functieniveau o

1. de waardering van een bepaalde functie in vergelijking met andere functies op een waarderingsschaal

   ▸ "We hebben telkens een man en een vrouw in hetzelfde ziekenhuis op hetzelfde functieniveau met elkaar vergeleken." In totaal zijn er 1346 vergelijkingen gemaakt in vijf verschillende functiegroepen.

Gangbaarheid

• Het woord functieniveau staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.