frietkotcultuur
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- friet·kot·cul·tuur
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van frietkot en cultuur
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | frietkotcultuur | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de frietkotcultuur v
- de cultuur rond het maken en eten van friet, inclusief het hebben van een wijdverspreidheid aan frietkotten en de ambacht van het frieten bakken
- De frietkotcultuur is erkend als immaterieel cultureel erfgoed.