forward
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- for·ward
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | forward | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
forward
- (voetbal) voorhoedespeler bij balspelen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
forwarden |
forward
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van forwarden
- Ik forward.
- gebiedende wijs van forwarden
- Forward!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van forwarden
- Forward je?
Gangbaarheid
- Het woord forward staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Engels
Uitspraak
Bijwoord
forward