Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • for·ma·tie·pro·ces
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord formatieproces formatieprocessen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het formatieproceso

  1. (politiek) alle gebeurtenissen rond de vorming van een coalitieregering
     Een CDA'er in de zaal deed een oproep om niet in zee te gaan met "Rutte, de leugenaar des vaderlands". Partijvoorzitter Van Rij vroeg hem daarop om het netjes te houden. De meeste CDA-leden geven Hoekstra groen licht om door te gaan in het formatieproces. Zijn speech werd in de zaal positief ontvangen.[1]
     In het formatieproces zijn de partijen nog niet toe aan de inhoud. Maar in deze podcast wordt daar wel alvast een voorschot op genomen. Onder anderen met defensie-historicus Rein Bijkerk. Volgens hem is Defensie geen topprioriteit, maar neemt de steun voor extra geld voor de krijgsmacht wel toe. Dat komt volgens hem doordat de dreiging de afgelopen jaren is toegenomen.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Hoekstra wil niet in de oppositie, maar regeringsverantwoordelijkheid nemen” (Zaterdag 11 september 2021, 10:48), NOS
  2.   Weblink bron “Podcast Oog: strijd om naam donorvader en apneu-apparaten zijn van levensbelang” (Maandag 14 juni 2021, 14:49), NOS