Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fol·te·raar
Woordherkomst en -opbouw

Naamwoord van handeling van folteraar met het achtervoegsel -aar

enkelvoud meervoud
naamwoord folteraar folteraars
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de folteraarm

  1. iemand die andere mensen of dieren expres extra veel pijn doet
Synoniemen

Gangbaarheid

91 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be