• flip-flop

de flip-flopv / m

  1. verouderde spelling of vorm van flipflop tot 1996
  • Van Dale's Groot woordenboek van de Nederlandse taal vermeldde dit woord voor het eerst in de 12 druk uit 1992, geschreven met koppelteken. Vanaf de 13e druk (1996) werd het zonder koppelteken gespeld en met die schrijfwijze staat het vanaf 2015 in de officiële Woordenlijst Nederlandse taal.


  • [1] klanknabootsing van de geluiden van de relais waarmee de schakeling oorspronkelijk werd gerealiseerd
  • [2] overdrachtelijk gebruik [1]
  • [3] klanknabootsing van het sloffende geluid waarmee lopen op dit schoeisel gepaard gaat
enkelvoud meervoud
flip-flop flip-flops

flip-flop

  1. flipflop, digitale schakelijk
  2. flipflop, plotselinge wijziging standpunt in tegendeel
  3. flipflop, soort sandaal

flip-flop

  1. plotseling wijzigen standpunt in tegendeel, draaien