Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • film·pro·ject
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord filmproject filmprojecten
verkleinwoord filmprojectje filmprojectjes

Zelfstandig naamwoord

het filmprojecto

  1. (filmkunst) in tijd begrensde serie handelingen die betrekking hebben op de productie van een film
     Instituut Beeld en Geluid in Hilversum verzamelt zelfgemaakte filmpjes en video's over het Koninklijk Huis. Bijvoorbeeld opnamen die zijn gemaakt op een Koninginnedag. Mijn band met Oranje heet het filmproject. Vandaag was de eerste inzameldag. Van al het amateurbeeld wordt een televisiefilm gemaakt die volgend jaar rond de eerste Koningsdag wordt uitgezonden.[1]
     De zaak spitst zich toe op hotelovernachtingen voor Wulff en zijn vrouw in 2008 in München, die werden betaald door de filmproducent David Groenewold. Wulff zou als tegenprestatie Siemens hebben gevraagd geld te steken in een filmproject van Groenewold.[2]
     De Rotaryclubs van Zeeland en Goeree-Overflakkee geven vandaag een cheque van 15.000 euro aan het Watersnoodmuseum. Het geld is bedoeld voor aanpassingen aan een filmproject.[3]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Beeld en Geluid zoekt video's van Oranjes” (Zaterdag 24 augustus 2013, 20:30), NOS
  2.   Weblink bron “Duitse justitie vervolgt oud-president” (Vrijdag 12 april 2013, 12:08), NOS
  3.   Weblink bron “Ramp '53: steeds waakzaam blijven” (Vrijdag 1 februari 2013, 10:59), NOS