fenecer
Spaans
Uitspraak
Woordafbreking
- fe·ne·cer
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
fenecer |
fenecía |
fenecido |
volledig |
Werkwoord
fenecer
- onovergankelijk eindigen, ophouden, voleinden
- overlijden, omkomen
- overgankelijk ten einde komen
Verwante begrippen
Synoniemen
- [1] terminarse
- [2] morir
Verwijzingen
- fenecer in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española