Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fa·mi·lie·struc·tuur
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord familiestructuur familiestructuren
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de familiestructuurv

  1. de manier waarop een familie of gezin tot een samengesteld geheel is opgebouwd
     Mehmet Ali Güldemir, verbonden aan Diyanet, de invloedrijke overheidsinstantie voor religieuze zaken in Turkije, vindt dat Turkije zo snel mogelijk uit het verdrag moet stappen. "Dit verdrag heeft onze traditionele familiestructuur al kapot gemaakt. Het heeft voor onnodige scheidingen gezorgd." Hij is van mening dat huiselijk geweld binnen het gezin moet worden opgelost.[1]
     Het is een overweldigende overwinning voor een wetsvoorstel op Malta, meestal gaat het om slechts één stem verschil. De premier is trouwens tegen; hij vindt dat de wet de familiestructuur verzwakt.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Turkse vrouwen straat op voor behoud Istanbul Conventie, 'verdrag redt levens'” (Vrijdag 31 juli 2020, 20:38), NOS
  2.   Weblink bron “Parlement stemt voor echtscheiding op Malta” (Dinsdag 26 juli 2011, 10:14), NOS