Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fal·dis·to·ri·um
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het middeleeuws Latijnse faldistorium (met het achtervoegsel -orium) [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord faldistorium faldistoria
verkleinwoord faldistoriumpje faldistoriumpjes

Zelfstandig naamwoord

het faldistoriumo

  1. een verplaatsbare X-vormige vouwstoel met armleggers en zonder rugleuning gebruikt door de bisschop, bisschopsstoel

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen