• fø·re·bels
  • Afgeleid van het Nynorske woord bels, de genitiefvorm van bel (tijdje) met het voorvoegsel før- en met het invoegsel -e-.

førebels

  1. voorlopig
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud førebels mer førebels mest førebels
o enkelvoud førebels
meervoud førebels
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
førebels mer førebels mest førebels

førebels

  1. voorlopig



  • fø·re·bels
  • Afgeleid van het Nynorske woord bels, de genitiefvorm van bel (tijdje) met het voorvoegsel før- en met het invoegsel -e-.

førebels

  1. voorlopig
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud førebels meir førebels mest førebels
o enkelvoud førebels
meervoud førebels
førebelse
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
førebels
førebelse
meir førebels mest førebels
mest førebelse

førebels

  1. voorlopig