extranet

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  extranet    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ex·tra·net

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van net met het voorvoegsel extra- (van het Latijnse extra “buiten, er voorbij”)

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	extranet	extranetten
verkleinwoord	extranetje	extranetjes

Zelfstandig naamwoord

het extranet o

1. een computernetwerk van een organisatie, onderdeel van het intranet van die organisatie dat beschikbaar is voor anderen buiten de organisatie, dat gebruik maakt van de protocollen van het internet.

   • Het extranet is beveiligd zodat alleen mensen uit de organisatie en directe belanghebbenden toegang hebben tot de data. 

Verwante begrippen

• internet, intranet

Gangbaarheid

• Het woord extranet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "extranet" herkend door:

68 %	van de Nederlanders;
75 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.