Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ex-na·zi
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van  nazi zn  met het voorvoegsel ex-, geschreven met een koppelteken volgens spellingregel 6.I; geschreven met een hoofdletter aangetroffen vanaf 1934, in huidige spelling vanaf 1938 (zie vindplaatsen hieronder)
enkelvoud meervoud
naamwoord ex-nazi ex-nazi's
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de ex-naziv / m

  1. (politiek) iemand die vroeger Hitlers opvattingen heeft uitgedragen, meer in het bijzonder: iemand die lid is geweest van zijn partij, de NSDAP
    • Verhulst, die er een aantal keren mee pochte nog op de schoot van Louis Paul Boon gezeten te hebben, mag in dat boek een soort remake maken van de reportage die zijn grote voorbeeld net na de Tweede Wereldoorlog maakte met een collaborateur. Verhulst grijpt de kans met beide handen en gaat een ex-nazi interviewen (…). [1]
    • De Socialistische Gids is het tijdschrift van de S.D.A.P. In het Octobernummer treffen wij een boekbespreking aan van 't boek van den Duitsen ex-nazi Kurt G. W. Ludecke, onder de titel: "Ik kende Hitler". [2]
    • De eerste disciplinaire executie door Oostenrijksche Nazi's vond heden plaats, toen Armin Rinner een ex-Nazi die tot de Heimwehr was overgegaan, uit zijn woning werd gelokt en met een revolverschot werd gedood. [3]

Gangbaarheid

Verwijzingen