Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ethi·cus
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ethicus ethici
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de ethicusm

  1. iemand die zich (beroepsmatig) met ethiek bezig houdt
Hyponiemen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be