escorte
- es·cor·te
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘gewapend geleide’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1592 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | escorte | escortes |
verkleinwoord | - | - |
het escorte o
- gewapende geleide
- ▸ En omgekeerd zouden onze ouders als escorte en bescherming fungeren wanneer de Amerikaanse bommenwerpers opstegen vanaf het vliegveld Gardermoen in Noorwegen op weg naar verschillende doelen in de Sovjet-Unie.[2]
- Het woord escorte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "escorte" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ "escorte" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044632767
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be