enthousiasmeren
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- en·thou·si·as·me·ren
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van het Franse enthousiasmer (met het achtervoegsel -eren) [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
enthousiasmeren |
enthousiasmeerde |
geënthousiasmeerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
enthousiasmeren
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord enthousiasmeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "enthousiasmeren" herkend door:
92 % | van de Nederlanders; |
73 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Wiktionnaire
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be