eetcultuur
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: eetcultuur (hulp, bestand)
Woordafbreking
- eet·cul·tuur
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van eten ww en cultuur zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | eetcultuur | eetculturen |
verkleinwoord | eetcultuurtje | eetcultuurtjes |
Zelfstandig naamwoord
de eetcultuur v
- (voeding) alle gewoonten met betrekking tot de kookkunst
- ▸ De Britten waren niet alleen de wreedste koIoniale heersers, maar ook berucht om hun eetcultuur.[1]
- ▸ Willen we de vleesconsumptie naar beneden krijgen, dan kan er volgens Dagevos worden gekeken naar het aanbod, de alternatieven en spelen met prijzen. Voorspellingen laten namelijk zien dat er niet heel snel wat zal veranderen. Dagevos: "Gedragsverandering in eten gaat heel erg traag, en vlees blijkt sterk verankerd in onze eetcultuur."[2]
Gangbaarheid
- Het woord eetcultuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Zij die dromen doden slapen nooit” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044640496
- ↑ Weblink bron “Opnieuw meer vlees gegeten in Nederland” (Donderdag 22 oktober 2020), NOS