Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • educt
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord educt educten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het educto

  1. (scheikunde) product dat uit een grondstof wordt gewonnen

Gangbaarheid

34 % van de Nederlanders;
33 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen