econometrist
- eco·no·me·trist
- afgeleid van econometrie (met het voorvoegsel eco-) met het achtervoegsel -ist
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | econometrist | econometristen |
verkleinwoord | econometristje | econometristjes |
de econometrist m
- (economie) (beroep) beoefenaar der econometrie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord econometrist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.