Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • eco·no·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord econome economes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de economev

  1. (beroep) vrouw die de economie beoefent
    • Annegreet van Bergen is een bekende econome. 

Gangbaarheid

79 % van de Nederlanders;
78 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be