• duin·val·lei
enkelvoud meervoud
naamwoord duinvallei duinvalleien
verkleinwoord duinvalleitje duinvalleitjes

de duinvalleiv / m

  1. een laagte tussen de duinen
     Door boompjes en struiken in de duinvalleien te verwijderen hopen natuurbeheerders de komende tijd de natuurlijke leefomgeving van de konijnen te herstellen. Lukt dat niet, dan zullen er op het eiland konijnen worden uitgezet die resistent zijn tegen de ziektes.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Konijnen op Schiermonnikoog bijna uitgestorven” (22-02-2012), Tubantia