drinkt uit

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  drinkt uit    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈdrɪŋkt ˈœyt / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• drinkt uit

Woordherkomst en -opbouw

• uit drinkt (werkwoord) en uit (bijwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

vervoeging van
uitdrinken

drinkt (…) uit

1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitdrinken
   

   • Jij drinkt uit. 

2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitdrinken
   

   • Hij drinkt uit. 

3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitdrinken
   

   • Drinkt uit! 

Gangbaarheid

• Het woord drinkt uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.