• door·ver·wij·zing
enkelvoud meervoud
naamwoord doorverwijzing doorverwijzingen
verkleinwoord

de doorverwijzingv

  1. het een patiënt verder sturen (bijvoorbeeld door een huisarts naar een specialist)
     Daarnaast schreef hij een doorverwijzing naar het ziekenhuis voor een uitvoeriger onderzoek.[1]
  2. het iemand sturen naar een andere instantie
     De Koninklijke Marechaussee is niet blij met de doorverwijzing van de gemeente Almere naar de militaire politie, nu Almeerders tot augustus niet bij burgerzaken terechtkunnen voor een paspoort of identiteitsbewijs. Er is daardoor veel vraag naar nooddocumenten.[2]
  3. de aandacht naar iets anders leiden (namelijk van een opgezocht woord naar een bespreking elders)
  1. Henning Mankell (vert.Clementine Luijten)
    “Italiaanse schoenen” (2011), De Geus (uitgeverij), ISBN 9789044521832
  2.   Weblink bron “Onmacht Almere met paspoorten wekt irritatie bij Marechaussee” (13-07-2021), NOS