donsjas

Nederlands

Een donsjas van het merk Fila .

Uitspraak

• Geluid:  donsjas    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• dons·jas

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  dons zn  en  jas zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	donsjas	donsjassen
verkleinwoord	donsjasje	donsjasjes

Zelfstandig naamwoord

de donsjas v / m

1. dikke, warme jas gevuld met dons

   ▸ Woods lichaam werd drijvend op het water gevonden. De actrice droeg een donsjas en nachtkleding. Haar dood werd aanvankelijk afgedaan als een ongeval. ‘Verdronken toen ze uitgleed op het familiejacht en overboord sloeg’, zo luidde het politierapport.

   ▸ Over mijn donsjas had ik mijn regenjas aangetrokken en ik lag met een regenbroek plus legging in mijn slaapzak te bibberen van de kou.

Gangbaarheid

• Het woord donsjas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.