donorgeld
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- do·nor·geld
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van donor en geld
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | donorgeld | donorgelden |
verkleinwoord | donorgeldje | donorgeldjes |
Zelfstandig naamwoord
het donorgeld o
- door een donor(land) geschonken geld
Gangbaarheid
- Het woord donorgeld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.