diorama
- di·o·ra·ma
- In de betekenis van ‘schildering die bij op- en doorvallend licht bekeken kan worden’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | diorama | diorama's |
verkleinwoord | - | - |
- een opstelling waarbij voorwerpen zodanig staan opgesteld dat er een indruk van een mogelijke werkelijkheid wordt getoond (bijv. een schildering die bij op- en doorvallend licht bekeken kan worden)
- Het woord diorama staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "diorama" herkend door:
66 % | van de Nederlanders; |
52 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "diorama" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ diorama op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be