dijden uit
- Geluid: dijden uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈdɛidə(n) ˈœyt / (3 lettergrepen)
- dij·den uit
vervoeging van |
---|
uitdijen |
dijden (…) uit
- meervoud verleden tijd van uitdijen
- Wij dijden uit.
- Jullie dijden uit.
- Zij dijden uit.
- Wij dijden uit.
- Het woord dijden uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.