diamantindustrie
- di·a·mant·in·dus·trie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | diamantindustrie | diamantindustrieën |
verkleinwoord |
de diamantindustrie v
- (industrie) alle bedrijven die zijn betrokken bij de winning en verwerking van diamanten
- ▸ Een man wiens palmares ook al het opkopen van het Times-gebouw aan 42nd Street bevatte, een innige vriendschap met Vladimir Poetin en diverse schimmige investeringen en projecten in de Angolese diamantindustrie en Israëlische nederzettingen.[2]
- ▸ In Zimbabwe wordt de hele diamantindustrie genationaliseerd. Dat heeft president Mugabe bekendgemaakt op de staatstelevisie.[3]
- Het woord diamantindustrie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Johan Harstad (vert. Edith Koenders en Paula Stevens)“Max, Mischa & het Tet-offensief” (2017), Podium , ISBN 9789057598500
- ↑ Weblink bron “Zimbabwe nationaliseert de hele diamantindustrie” (03-03-2016), NOS