Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dekt in
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
indekken

dekt (…) in

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van indekken
    • Jij dekt in. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van indekken
    • Hij dekt in. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van indekken
    • Dekt in! 

Gangbaarheid