deelhebben
- Geluid: deelhebben (hulp, bestand)
- deel·heb·ben
- samenstelling van deel en hebben
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
deelhebben |
had deel |
deelgehad |
onregelmatig | volledig |
deelhebben
- absoluut ~ aan deel zijn van iets en er mede verantwoordelijk voor zijn
- Alle mensen zullen op basis van een algemeen kiesrecht deelhebben aan alle geledingen van het landsbestuur.
- deelhebben aan
- Het woord deelhebben staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.