dataverkeerrecord

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • da·ta·ver·keer·re·cord
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord dataverkeerrecord dataverkeerrecords
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het dataverkeerrecordo

  1. (informatica) het verwerken van meer dataverkeer dan ooit tevoren
    • Toen iedereen moest thuiswerken werd er een dataverkeerrecord behaald in het internetknooppunt. 

Gangbaarheid