dansdop
- dans·dop
- samenstelling van dans en dop
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dansdop | dansdoppen |
verkleinwoord | dansdopje | dansdopjes |
de dansdop m
- doppen die op het uiteinde van naaldhakken gezet kunnen worden om de hakken maar ook de vloer waarop gelopen wordt te bechermen
- Hakbeschermers worden ook wel dansdoppen genoemd.
- Het woord 'dansdop' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.