Nederlands

 
damasceren
Uitspraak
Woordafbreking
  • da·mas·ce·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van Damascus

Werkwoord

damasceren [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
damasceren
damasceerde
gedamasceerd
zwak -d volledig
  1. (metallurgie) metalen voorwerpen met een bijtende vloeistof bewerken zodat er een tekening op het metaal ontstaat
  2. (metallurgie) een inlegtechniek van metaal in metaal
Synoniemen

Gangbaarheid

39 % van de Nederlanders;
38 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen