cuisson
- cuis·son
- uit het Frans
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cuisson | cuissons |
verkleinwoord |
de cuisson m
- de manier waarop een vis of vlees is bereid
- Bij de kip en de gamba's komen gelukkig vingerdoekjes. De kip heeft de juiste cuisson, maar de gamba's zijn net iets te lang gegaard en de pasta maakt een futloze indruk, slap en nattig. [1]
- Neemt niet weg dat de lamskotelet zeer in de smaak valt: riante portie, topkwaliteit uit Nieuw-Zeeland en prachtige cuisson! [2]
- De cuisson is goed en met wat goede wil vinden we in de verte toch de typische smaak van zoetwatervis. [3]
- Het woord cuisson staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "cuisson" herkend door:
38 % | van de Nederlanders; |
87 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Tubantia 10-01-17 Geesberge mikt op breed publiek
- ↑ Tubantia Marco Bosmans 10-01-17 Zalm en crêpes: aan tafel
- ↑ Tubantia Dirk de Moor 11-01-17 Kwartel en snoekbaars aan de gracht
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be