controlevraag

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  controlevraag    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• con·tro·le·vraag

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  controle zn  en  vraag zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	controlevraag	controlevragen
verkleinwoord	controlevraagje	controlevraagjes

Zelfstandig naamwoord

de controlevraag v / m

1. een vraag die wordt gesteld om extra zekerheid over iets te krijgen

   ▸ Door het voorval is de boswachter voorzichtiger geworden. "Ik heb thuis een gezin met een paar heel leuke jonge kinderen. Het belangrijkste is dat ik 's avonds weer gewoon thuiskom en gezellig papa kan zijn." Vroeger zou Thijmen als hij bijvoorbeeld een groep vissers langs een rivier zag, direct naar ze toe zijn gegaan om ze om hun vergunning te vragen. "Nu kijk ik eerst van een afstand hoe de sfeer is en denk ik na of ik erheen ga om een controlevraag te stellen. Vroeger had ik daar nooit over nagedacht."

   ▸ Volgens Weesie wisten zijn redacteuren Krols Facebook-account binnen te dringen door het antwoord op de zogeheten controlevraag goed te raden. Ze moesten antwoorden wat de geboorteplaats van Krols moeder is. Ze gokten op Tilburg, wat goed bleek te zijn. "Dat is bij Facebook dus ook niet zo lekker geregeld", zegt Weesie.

   ▸ Apple-gebruikers hebben een wachtwoord nodig om apps, muziek en films te kunnen downloaden. Wie zijn Apple ID kwijt is, kan daarvoor sinds kort terecht op de iForgot-website. Met zijn e-mailadres, geboortedatum en het juiste antwoord op een controlevraag kan de gebruiker zijn wachtwoord resetten.

Gangbaarheid

• Het woord 'controlevraag' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.