contra-indiceren
- con·tra-in·di·ce·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
contra-indiceren |
contra-indiceerde |
gecontra-indiceerd |
zwak -d | volledig |
contra-indiceren
- overgankelijk (medisch) een aanwijzing vormen dat iets niet raadzaam is
- In dit geval vond ik mij geregtigd tot het gebruik van de Borax [...]
omdat ik in het gestel der vrouw niets vond, dat dit gebruik contra-indiceerde, [...] [1]
- In dit geval vond ik mij geregtigd tot het gebruik van de Borax [...]
- Het woord contra-indiceren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ blz 202 Geneeskundige bijdragen, deel 2 1828